Huisjes melken voor landschap en natuur


Boeren zijn naarstig op zoek naar manieren om hun verdienvermogen te vergroten. In de Peel hebben ze er iets op gevonden. Onder de noemer ‘landschapslandbouw’ zetten boeren een deel van hun areaal om in bossen, heggen, waterpartijen en kruidenrijke weilanden. Verscholen tussen de bomen komen tiny houses, kleine huizen met een minimale ecologische voetafdruk. Janneke Donkerlo ging kijken of het melken van huisjes niet alleen het landschap, maar ook het verdienvermogen verbetert. 

Mei 2021

Met gepaste trots laat Liza Simons (33) de ultramoderne koeienstal zien van haar en haar man Willem (43). Loom wachten een paar weldoorvoede zwart-bonte koeien bij een melkrobot. Terwijl een borsteltje de uiers van de ene koe zachtjes schoonborstelt, slaat een andere koe nieuwsgierig het bezoek gade. De stal is gloednieuw. Bijna drie jaar geleden brandde de oude af. Bij de bank konden Liza en Willem een lening afsluiten voor een toekomstbestendige stal voor 180 stuks melkvee. 

Tiny houses

Het boerenechtpaar ziet daarnaast ook wel wat in het aanvullen van hun inkomsten door het omvormen van land in nieuwe natuur en de verhuur van tiny houses voor permanente bewoning. Liza wijst naar de bosrand verderop: “Ik zie het al helemaal voor me. De huisjes zullen een prachtige overgang vormen in het landschap, heel natuurlijk.” 

De combinatie van nieuwe natuur en klein huisjes komt niet uit de lucht vallen. Het boereninitiatief heet Peel Natuurdorp en legt de nadruk op veel nieuwe natuur met de verhuur van tiny houses. Behalve de boeren zijn ook beleidsmakers en bestuurders –  de ministeries van LNV en BZK tot het Waterschap, de provincie Brabant en gemeentes in de Peel – enthousiast. Een dergelijke geïntegreerde aanpak past ook goed binnen de ambities en werkwijze van de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). 

Van moerasgebied naar intensieve landbouw

Zo’n 8000 jaar geleden bestond de Peel uit een zwak golvend dekzandgebied met hier en daar ondiepe meertjes. Deze groeiden dicht met riet, zegge en andere waterplanten. In het natte milieu ontstond 100.000 ha veen en moeras. Tot ver in de negentiende eeuw was de Peel vrijwel ondoordringbaar, maar tussen 1850 en 1920 vond er grootschalige turfwinning plaats. Met bijbehorende armoede. Gaandeweg maakte het afgegraven veen plaats voor bos en landbouwgrond. 

Intussen staat de Peel bekend als het meest intensieve en veedichte landbouwgebied van Nederland. Tegelijkertijd dienen ook andere maatschappelijk problemen zich aan. Klimaatverandering, stikstofneerslag, woningnood, dramatische afname van biodiversiteit. Intussen zijn de boeren het zat om telkens de kop-van-jut te zijn. Aan al deze problemen wil stichting Peel Natuurdorp – van onderop, samen met boeren – iets doen. 

Woningen in het buitengebied

Het plan heeft drie pijlers: extentieve(re) landbouw, gecombineerd met nieuwe natuur en woningbouw. Dat er nieuwe woningen gebouwd mogen worden in het buitengebied mag gerust een unicum heten. Nieuwe stenen en betonnen woningen buiten de bebouwde kom zijn in Nederland een ‘no go’. In tegenstelling tot de foeilelijke blokkendozen op industrieterreinen die al jaren het landschap ontsieren, kunnen verspreid geplaatste en verplaatsbare tiny houses met een minimale ecologische voetafdruk landschappelijk juist een verrijking zijn. 

De tijd is rijp voor een nieuwe aanpak, zo meent ook wethouder Ben Brands van de Peelse gemeente Landerd. Brands is portefeuillehouder van de afzonderlijke domeinen wonen, landbouw en natuur. Brands: “Van mijn burgemeester en de gedeputeerde heb ik de boodschap gekregen: kom met ideeën, op voorwaarde dat ze innovatief zijn. We worden dus aangemoedigd om ongebaande paden te bewandelen. Het project Peel Natuurdorp is volgens mij heel kansrijk.” 

Als het project gaat zoals gepland, dan komt er in de Peel 3.500 ha nieuwe natuur bij, met verspreid 10.000 tiny houses. Op het nabijgelegen landgoed Bronlaak in de gemeente Sint Anthonis, is goed te zien hoe het beoogde coulissenlandschap eruit ziet. Sinds ruim 70 jaar wonen en werken hier mensen met een beperking. Met een paar koeien in een weilandje, afgewisseld met een watertje, een beekje en veel, veel bomen maakt het landschap een lieflijke indruk.

Boerenland in eigen hand

Ook akkerbouwer Peter van den Heuvel (49) is in principe om. Hij bezit dertig hectare landbouwgrond. De rest – tachtig hectare – pacht hij ieder jaar bij. Zijn vrouw en hij hebben twee kinderen waarvan nu al duidelijk is dat die niet – net als hun vader – akkerbouwer willen worden. De boer ziet het helemaal zitten om die dertig ha eigen grond om te vormen tot nieuwe natuur volgens de uitgangspunten van het project: 70% bos en 30% kruidenrijk grasland en enkele tiny houses. Met het bepleite predicaat ‘landschapslandbouw’ zal de grond zijn waarde behouden. Van den Heuvel: “Het mooie is: het is en blijft onze grond en onze kinderen kunnen daar later ook de vruchten van plukken.” 

Geniaal plan

Het project ‘Peel Natuurdorp’ heeft het tij mee. Het plan sluit goed aan bij het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid van de Europese Unie dat binnenkort van kracht wordt. Hierin kunnen boeren naar verwachting landbouwsubsidie beuren voor natuurinclusieve landbouw. En zoals de plannen er nu voor staan, kunnen boeren zelfs een hogere vergroeningspremie krijgen als ze extra aan natuur ‘doen’. 

Het Groen Ontwikkelfonds Brabant biedt eveneens mogelijkheden tot financiering. Hoeveel en waarvoor precies is nog niet precies duidelijk. Maar dat hoeft ook niet: de hoofdmoot van de geplande inkomsten zal moeten komen van de tiny houses en die worden bekostigd uit private middelen. Dat kunnen middelen zijn van de boer zelf die de huisjes als woningwetwoningen kan verhuren, of van de tiny house-bewoners die zelf hun huisje bouwen en pacht voor de grond betalen. 

Demo-locatie

Een geniaal plan zo lijkt het, waarbij het mes snijdt aan drie kanten: meer natuur in combinatie met woningen en een pluim voor de boer. Ware het niet dat de huidige regelgeving nog niet is ingesteld op zulke plannen. Er moet nog van alles tegen het licht gehouden worden door het waterschap, de provincie en de gemeenten: een wijziging van het bestemmingsplan van landbouwgrond naar ‘landschapslandbouw’ (natuur plus wonen), de bereikbaarheid van watergangen, de maatschappelijke borging voor de toekomst, de juridische consequenties voor veehouders. En nog veel meer.  

Wethouder Brands is optimistisch. In zijn gemeente Landerd heeft stichting Peel Natuurdorp inmiddels een aanvraag ingediend voor een demo-locatie waar vijf boeren nieuwe natuur en twintig tiny houses gaan realiseren. De demo-locatie is bedoeld als uithangbord en om de kinderziektes eruit te halen zodat binnen afzienbare tijd een pilot gestart kan worden: 250 ha nieuwe natuur en bijbehorende huisjes van vijfentwintig boeren in de Brabantse gemeenten Landerd, Uden, Boekel, Mill en St. Hubert en Sint Anthonis. 

Voormalig melkveehouder en huidig akkerbouwer Henk van den Elzen (67) is een van deelnemende de boeren. Van Elzen was voorzitter van ZLTO. Aanvankelijk was hij sceptisch over het idee van Peel Natuurdorp. “Luchtfietserij”, was zijn eerste indruk. “Maar ik veranderde van mening toen ik zag dat Ecodorp Boekel ook een succes werd. Ik ben er echt van overtuigd dat op het platteland het roer om moet.” 

En laat Pierre Bos, oud-burgemeester van Boekel, nu uitgerekend ook voorzitter van Peel Natuurdorp zijn. Samen met initiatiefnemers Jan Ottens en Annie Martens is hij misschien wel de belangrijkste ambassadeur van het plan, zowel bij boeren als bestuurders. Zijn visie en daadkracht scheppen vertrouwen. 

Veel belangstelling

De grootste bottleneck is vooralsnog het verdienmodel: de inkomsten uit de tiny houses. Belangstelling is er genoeg, meer dan 1800 mensen uit het hele land hebben zich al aangemeld. Zoals de twintigers Robert en Patricia uit Eindhoven. Zij werden vorig jaar geselecteerd voor het demo-huisje en staan te popelen om in de Peel te gaan wonen. Robert: “Het zal wel even wennen zijn, zo midden in de natuur. We zien wel hoe het gaat. Hopelijk krijgen we wel een paar buren en hebben we straks genoeg stroom. En WiFi natuurlijk, dat is ook onmisbaar.” 

Het is echter niet de bedoeling dat de uiteindelijke 10.000 huisjes een nieuwe, aaneengesloten woonwijk gaan vormen, aldus de provincie. Ook is het absoluut niet de bedoeling dat een stoppende varkensboer op de plek van zijn voormalige stallen een tiental tiny houses gaat verhuren. Dat  veroorzaakt juist de gevreesde wildgroei, zonder dat er nieuwe natuur bijkomt. De huisjes zijn nadrukkelijk ook niet bedoeld als vakantiewoningen. 

Flexibiliteit

Het idee is dat de houten huisjes voor permanente bewoning opgaan in het landschap. En dat kan alleen als ze grotendeels off grid zijn, dat wil zeggen: zelfvoorzienend, zonder aansluiting op water, WiFi, elektra en riool. Zowel technisch als bestuurlijk is dat nog een hele uitdaging. Milieuvriendelijke bazaltaccu’s bijvoorbeeld voor de opslag van elektriciteit, zijn te groot en niet geschikt voor individuele tiny houses. 

Regenwater is prima om mee te wassen of de planten mee water te geven, maar aan de eisen voor drinkwater voldoet het – uit oogpunt van volksgezondheid – niet. Voor het water heeft akkerbouwer Van den Heuvel wel een oplossing. Hij vindt het geen probleem om zijn tiny house bewoners met de tractor regelmatig van drinkwater te voorzien. 

Ook voor het lozen van rioolwater gelden strenge eisen. Er zijn wel alternatieven, zoals de combinatie van droogtoiletten en helofytenfilters, of een IBA (Individu Behandeling Afvalwater). Of het waterschap daar toestemming voor geeft, staat nog te bezien. En dan bestaat er nog zoiets als het Bouwbesluit. Hierin staan de eisen voor bewoning, zoals oppervlakte per kamer, hoogte van de deuren en plafonds, toegankelijkheid, isolatie en ventilatie. 

Tussen droom en daad staan, zoals gewoonlijk, wetten in de weg en praktische bezwaren. Met verschillende regelingen is daar echter wel een mouw aan te passen, maar dat vereist de nodige bestuurlijke flexibiliteit. Oud-burgemeester Pierre Bos ziet het zo: “Het plan vereist visie en vergezichten van de overheid. Vragen stellen is prima, maar we moeten nu wel doorpakken!”

Meer informatie: 
www.peelnatuurdorp.nl
www.natuurverdubbelaars.nl